Als autoliefhebbers krijgen we regelmatig de vraag wat de auto van de toekomst is. Specifiek gaat het dan om de vorm van energie dewelke zal gebruikt worden om de wagen aan te drijven. Op lange termijn lijkt het antwoord vrij simpel. De wagen van de toekomst zal alvast niet rijden op een fossiele brandstof. Veel autoliefhebbers denken in principe niet op de lange termijn. Ze kopen een wagen die ze een aantal jaar houden en daarna weer doorverkopen of overlaten in de garage. Kortom, het toekomstvenster gaat niet verder dan de eerste 7 jaar. In dit geval is het een pak moeilijker om te voorspellen wat de tendens in de komende jaren zal zijn. Zal benzine de komende jaren de markt domineren?
Wat beslist de overheid?
De wetgever speelt hierin een grote rol. Door de dieseltaksen op te trekken zit de prijs van een liter benzine en diesel nu zowat op hetzelfde niveau. De aankoopprijs van een dieselwagen ligt nog wel een stuk hoger dan zijn tegenhanger op benzine. Bovendien is overduidelijk bewezen dat een dieselmotor meer schadelijke stoffen uitstoot. Getuige daarvan zijn de extra testen die op de diensten van de autokeuring uitvoeren op auto’s die worden aangedreven met diesel. De overheid belooft om meer maatregelen te nemen die de aankoop van een elektrische auto bevorderen. Dit door onder meer een verhoogde belastingaftrek in te voeren voor éénmanszaken en te zorgen voor meer oplaadpalen. Het zal dus van de overheid afhangen hoe snel we onze goeie oude diesel of benzine inruilen voor de elektrische auto van de toekomst.